Perzië in French

Iran, Perse Perse

Sentence patterns related to "Perzië"

1. Huw de aanstaande koning van Perzië.

2. Wie waren overigens deze vorsten van Perzië en Griekenland?

3. Pas onder Cyrus krijgt Perzië de hegemonie.

4. Neem de handen van de toekomstige koning van Perzië

5. Strijders van Perzië, wij zijn misleid om deze heilige stad aan te vallen

6. Ondertussen besloot koning Sapor van Perzië de Romeinse opperheerschappij uit te dagen en zijn soevereiniteit over alle vroegere provincies van Perzië te doen gelden.

7. Ook in Assyrië, Egypte, India en Perzië kwamen ze al voor.

8. Maar zoals Jehovah had voorspeld, werden ze door Cyrus, de koning van Perzië, bevrijd.

9. ▪ De naam van de veroveraar: Cyrus van Perzië. — Jesaja 45:1.

10. Ook noemt het artikel vijf farao’s en negentien koningen van Assyrië, Babylonië, Moab, Perzië en Syrië.

11. Het moet je flink wat hebben opgebracht om haar naar Perzië te brengen.

12. 10 Mannen uit Perzië, Lud en Put+ dienden in je leger als soldaten.

13. Griekenland was weer inferieur aan Medo-Perzië, zoals koper inferieur is aan zilver.

14. Hij was al in oorlog met de Iraniërs, met de koning van Perzië.

15. Dappere soldaten van Perzië, we zijn misleid om de heilige stad aan te vallen.

16. + 13 Maar de vorst+ van het koninkrijk Perzië bood me 21 dagen lang tegenstand.

17. Militair gezien diende de provincie Syrië als bufferzone tussen de wedijverende mogendheden Rome en Perzië.

18. Pelgrims uit Klein-Azië, Egypte, Griekenland en zelfs uit Perzië kwamen naar Pafos voor de festiviteiten.

19. Zij en haar zoon vluchtten naar Perzië maar werden bij de Eufraat door de Romeinen gevangengenomen.

20. Betekent dit dat Jehovah ook engelen aanstelde over natiën als Perzië en Griekenland om deze in hun aangelegenheden leiding te geven?

21. Laten we eerst eens zien hoe het kwam dat een gewoon meisje zoals Esther koningin van Perzië werd.

22. Elke bladzijde is in kleur en er zijn kaarten van de rijken Assyrië, Babylon, Medo-Perzië, Griekenland en Rome.

23. Dit rijk werd omvergeworpen door Medo-Perzië, dat wordt voorgesteld door de zilveren borst en armen van het beeld.

24. 20 De ram met de twee hoorns die je hebt gezien, stelt de koningen van Me̱dië en Perzië voor.

25. Veel legers in de oudheid, waaronder die van Babylon, Perzië en Rome, marcheerden onder de banier van de adelaar.

26. Bij een zekere gelegenheid had Mordechai een samenzwering tegen het leven van koning Ahasveros van het oude Perzië aan het licht gebracht.

27. Aan de ene kant van Zenobia’s grondgebied lag Perzië, dat door haar en haar echtgenoot was verzwakt, en aan de andere kant lag het afbrokkelende Rome.

28. Maar Jehovah zou Cyrus van Perzië verwekken om Babylon ten val te brengen en Gods volk naar hun land te doen terugkeren.

29. Het feit is dat de zoroastriërs van het oude Perzië en de Egyptenaren vóór hen eveneens in de onsterfelijkheid van de ziel geloofden.

30. Zenobia’s echtgenoot was de Palmyreense edelman Odaenathus, die in 258 G.T. tot consul van Rome was verheven omdat hij voor het Romeinse Rijk een succesvolle strijd tegen Perzië had gevoerd.

31. De profeet Daniël, die nog leefde toen „het koninkrijk van Perzië de heerschappij verkreeg”, was in Babylon en berekende wanneer de zeventig jaar moest eindigen.

32. In de hoofdstukken 1–2 wordt vermeld hoe Esther, een Jodin en pleegdochter van de Jood Mordechai, wegens haar schoonheid tot koningin van Perzië wordt gekozen.

33. Bij de plundering van Susa, de vroegere koninklijke hoofdstad van Perzië, kreeg Ptolemaeus III deze goden weer in bezit en voerde ze als „gevangenen” terug naar Egypte.

34. Er volgen andere wereldmachten: de zilveren borst en armen stellen Medo-Perzië voor, de koperen buik en dijen Griekenland, de ijzeren benen Rome en, later, de Brits-Amerikaanse wereldmacht (Daniël 2:31-40).

35. De vier wereldmachten die werden voorgesteld door de vier metalen in Nebukadnezars droom, waren het Babylonische Rijk (gouden hoofd), Medo-Perzië (zilveren borst en armen), Griekenland (koperen buik en dijen) en het Romeinse Rijk (ijzeren benen) (Daniël 2:32, 33).

36. 7 Ze gaven geld aan de steenhouwers+ en de ambachtslieden,+ en voedsel, drank en olie aan de Sidoniërs en de Tyriërs voor de cederstammen die ze over zee van de Libanon naar Joppe+ brachten, zoals was goedgekeurd door koning Cyrus van Perzië.