naar in French

aar [nar] à, en, vers vers d'après, selon désagréable, maussade malade, malsai

Sentence patterns related to "naar"

1. Dezelfde aanzet die we zien naar alomtegenwoordigheid, naar diversiteit, naar socialisatie, naar complexiteit.

2. Naar het noorden, naar Canada.

3. Weet je, je streeft naar schoonheid, naar sensualiteit, naar sfeer.

4. Het stinkt naar vuiligheid, naar ziekte.

5. Kijk naar deze exporten naar Algerije.

6. Indrukken, naar beneden bewegen, naar boven bewegen, naar beneden bewegen, loslaten.Name

7. Van hier naar beneden naar de vlakte.

8. Rechter been naar achter, handen naar voren.

9. Naar de tweede etage en naar rechts.

10. Liever naar de bliksem dan naar de piraten.

11. eerst klossend naar de kelder, naar de ketel,

12. Ik wil naar het noorden, naar de Muur.

13. Indrukken, naar beneden bewegen, naar boven bewegen, loslaten.Name

14. Luister naar jullie moeder en naar jullie oma.

15. Naar beneden.

16. Nederlands naar

17. Naar achteren

18. Naar vuilnisbelt

19. Kom, al wie hongert naar recht en naar waarheid,

20. Grieks naar Latijn naar Soemerisch naar Arabisch. Naar 10 andere obscure talen en pictogrammen. Van taal wijzigend van relikwie tot relikwie.

21. Oké, jongens, ik ga naar boven naar mijn kantoor.

22. Van lang naar kort of van roodharig naar blond?

23. 27 Wijk niet af naar rechts of naar links.

24. Derde transformatie: levend naar dood – maar deeg naar brood.

25. Want naar rechts en naar links zult gij uitbreken.”

26. Twee klikken naar het noorden, drie naar het oosten.

27. Leonidas marcheerde naar het noorden, naar de ingang van Thermopylae.

28. Je ruikt naar de velden, naar nat, vers gemaaid gras.

29. Ze gaat of naar de advocaat of naar de notaris

30. 2 Hij is naar het Huis* en naar Di̱bon+ gegaan

31. Naar bed, Winifred.

32. Hoofd naar beneden.

33. Boegschroef naar stuurboord.

34. Stap naar voren.

35. Naar binnen, opschieten.

36. ‘Kom naar He̱sbon.

37. Hij vluchtte naar de bergen, stak de grens over naar een neutraal land en reisde naar Europa.

38. Het vuur concentreren naar boven, dan komen ze naar beneden.

39. " Naar boven, naar beneden... " - " Of in de kamer van mylady. "

40. Samen vluchtten ze naar de kust en zeilden naar Tahiti.

41. Giet een paar biertjes naar binnen, ga naar een stripclub.

42. Laten we teruggaan naar ons volk en naar ons land

43. Ik moet naar Timboektoe om naar de WC te kunnen.

44. De ellebogen mogen noch naar binnen of naar buiten draaien.

45. Luister je zelf aandachtig naar anderen, ook naar je kinderen?

46. Hij sluisde miljoenen naar zijn kerken, ministeries... naar tv programma's.

47. Naar het gat!

48. Ga naar boven.

49. Naar de schuur.

50. Naar de taverne.