naast in French

aast [nast] à, prèsde

Sentence patterns related to "naast"

1. En naast Joy.

2. Ze liggen naast elkaar.

3. Je zat naast hem.

4. Nevenverhalen naast het hoofdverhaal.

5. Nee, naast de eierplant!

6. Net naast " Top Gun ".

7. Er zijn mensen hier naast

8. een getuige naast de Bijbel

9. Naast iemand de schuld geven?

10. Naast je dievenvriendje van vannacht?

11. Zevenslaper, die naast haar zat.'.

12. Het lag naast mijn bed.

13. Het moordwapen lag naast hem.

14. Wanneer we naast elkaar leven.

15. Je moet naast je kijken.

16. Die lange blonde, naast de waarzegster.

17. Zag je hen naast elkaar liggen?

18. Op het aanrecht, naast de koelkast.

19. Ze staan direct naast elkaar, maar-

20. Blijkbaar zitten we er allebei naast.

21. We zaten er 25 procent naast.

22. Het boek lag naast het bed.

23. Die stond vlak naast de bol.

24. Die lange blonde, naast de waarzegster

25. Mensen ontlasten zich naast het toilet.

26. Het'waarom'is, naast financiële redenen natuurlijk... uitermate simpel.

27. Naast het bord stond een kom zoutjes.

28. Er staan vier helden recht naast elkaar.

29. Zet je luchtschip naast die van mij.

30. Hem niet levend verbranden naast zijn zoon?

31. Naast de ontvoering en het supersnel rennen.

32. Andrei knielde naast zijn bed en bad.

33. Jouw acties beschamen mijn vechten naast je

34. Naast kneuzingen scheurde je waarschijnlijk ook spieren.

35. Het heeft naast de syntaxis een inhoud.

36. Deze foto is naast de helikopter genomen.

37. Zet jullie tas naast die van ons.

38. De kopers willen niet naast een meisjesvereniging leven.

39. Naast een haard waar geen donkere schaduwen fladderen,

40. Ze zat op de terugreis weer naast hem.

41. Naast de fysieke gelijkenis, lagen ze ook uitgestald.

42. Naast inductieve wetenschap, maken wetenschappers ook vaak modellen.

43. Naast elk kind zat een tiener als metgezel.

44. Naast mensen kunnen heel weinig zoogdieren geluiden nabootsen.

45. Athelstan loopt naast hem, elke stap, elke mijl.

46. Je hebt misschien dat hok naast hem gezien -- de kameel heet trouwens Suki -- in het hok naast hem zit Jasmine.

47. Naast hem verdenkt niemand... de stotterende professor Krinkel.

48. Selecteer naast 'Telefoonfragment' een van de volgende opties:

49. Schrijf naast deze eigenschap de datum van vandaag.

50. Geen droom naast het gejuich van het publiek?