gewag maken van in English
gewag maken van [xəwɑxmakənvɑn] mentio
Sentence patterns related to "gewag maken van"
1. 5 God maakte opnieuw gewag van bloed toen hij Israël het wetsstelsel gaf.
2. Jehovah’s verdere vragen maakten gewag van dieren als de wilde stier, de struisvogel en het paard.
3. De Nationale Meteorologische Dienst maakte gewag van „hagelstenen ter grootte van een golfbal”, vervolgens „ter grootte van een softbal” en ten slotte „ter grootte van een grapefruit”.
4. Discipelen maken van zakenmensen
5. Het maken van tapa
6. Bloemen van tomaten maken?
7. David voegde eraan toe: „Ik wil maken dat ik zelfs nog meer geringgeschat word, en ik wil onaanzienlijk worden in mijn ogen; en met de slavinnen van wie gij gewag hebt gemaakt, met hen ben ik van plan mij te verheerlijken.” — 2 Samuël 6:21, 22.
8. In zijn eigen verslagen maakte hij maar zelden gewag van zijn militaire activiteiten, maar wel schreef hij over zijn bouwprojecten en zijn aandacht voor de goden van Babylonië.
9. In plaats van er tegenover de huisbewoner gewag van te maken dat hij voor het volgende bezoek een vastgestelde tijd moet inruimen, kun je gewoon zeggen dat hij in slechts enkele minuten meer interessante inlichtingen over Jezus Christus uit Gods Woord, de bijbel, te weten kan komen.
10. Chemisch bros maken van metaal.
11. Ze maken er beeldjes van.
12. Navigatie: het maken van wegenkaarten.
13. We maken er 15 van.
14. Ndofa's vliegtuigen maken gehakt van ons.
15. Wil je er 15 van maken?
16. We maken er een bonus van.
17. 12 Merk op dat Paulus in beide gevallen herhaaldelijk gewag maakt van zingen, wanneer hij het heeft over ’psalmen, lofzangen voor God, geestelijke liederen, zingen met muziek in uw hart’.
18. U vindt instructies voor het maken van filters in Dataweergavefilters maken of beheren.
19. Ze maken van die microscopische zenders.
20. De heerlijke angst van keuzes maken.
21. Ze maken gebruik van de schouderkracht.
22. Laat schaderapporten maken van alle schade.
23. Ze maken een troostmeisje van haar.
24. Kunnen ze er genoeg van maken?
25. We maken er dus meel van.