gewillig in English

gewillig [xəwiləx] willing obedient voluntary, willing

Sentence patterns related to "gewillig"

1. Gewillig de wil van de Vader aanvaarden

2. Zij is met naalden gewillig gemaakt.

3. 3 Ze boden zich gewillig aan: in Oceanië

4. Ze boden zich gewillig aan: in Oceanië

5. Gewillig en blij werkte hij hard voor medechristenen.

6. 20 min: „Ons gewillig aanbieden voor ieder goed werk”.

7. JEHOVAH weidt zijn volk gewillig (Psalm 23:1-4).

8. Misschien was ik te gewillig om hem te veroordelen.

9. + De geest is natuurlijk gewillig, maar het vlees is zwak.’

10. De Heer zegt dat Hij meer zal geven aan wie gewillig zijn.

11. De gemeenteleden stemden hiermee in en tastten gewillig diep in hun beurs.

12. Ik ben bang dat hij niet zo gewillig is als jij.

13. Waarom is het volgens jou zo belangrijk dat gezinsleden gewillig zijn elkaar te vergeven?

14. ‘De ware herder was gewillig zijn leven te geven voor zijn schapen.

15. Mijn geest was wel gewillig, maar jammer genoeg was mijn vlees zwak.

16. 18 De afgelopen honderd jaar hebben miljoenen zich gewillig aangeboden om het Koninkrijk te verkondigen.

17. 15 De psalmist schreef: „Uw volk zal zich gewillig aanbieden op de dag van uw strijdkracht.”

18. Er zullen ook af en toe waargebeurde ervaringen verschijnen onder de titel „Ze boden zich gewillig aan”.

19. Mogen wij als ware discipelen een gewillig hart en behulpzame handen aanbieden om zijn werk te bespoedigen.

20. Laat een jongeman die gewillig is voor te lezen naar voren komen met zijn Schriften.

21. Hij was ‘standvastig en onveranderlijk, gewillig om de geboden des Heren met alle ijver te onderhouden’.

22. In Psalm 110:3 staat: „Uw volk zal zich gewillig aanbieden op de dag van uw strijdkracht.”

23. Hij gaf te kennen dat schapen zich gewillig laten leiden, en dat ze hun herder trouw volgen (Johannes 10:2-4).

24. Zoek in Alma 12:7–8 naar bewijs dat Zeëzrom gewillig werd om het benodigde geestelijk ‘lesgeld’ te betalen om geestelijke kennis te verkrijgen.

25. Je kunt in je Schriften bij het woord goedgunstigheid noteren dat iemand gewillig vanuit een hoge status neerdaalt om anderen te helpen en te zegenen.

26. Ons gewillig betonen om naar de woorden van de Schepper te luisteren, is de sleutel tot het uitwissen, het wegwassen als het ware, van onze zonden.

27. Veel immigranten die de Bijbelse waarheid leren kennen, geven gewillig hun baan in welvarende landen op en gaan terug naar hun eigen land, met de bedoeling hun familie en anderen geestelijk te helpen.

28. Daarnaast nemen we nu op de sabbatdag deel aan het avondmaal, ter gedachtenis aan de verzoening van Jezus Christus.7 Nogmaals verklaren we bij het sluiten van dat verbond dat we gewillig zijn om zijn heilige naam op ons te nemen.8