zegen in English
zegen [zeɤ°ən] blessing, boo
Sentence patterns related to "zegen"
1. Vader, zegen de bijeenkomst,
2. Alles moet haar zegen krijgen.
3. wat zegen heeft meegebracht.
4. Expansie met Jehovah’s zegen
5. Op hoop van zegen.
6. Dat zou'n zegen zijn.
7. Zegen hem met zout.
8. Een grootse zegen voor nederige herders
9. Degenen die luisterden, ontvingen een zegen; degenen die de boodschap verwierpen, verbeurden die zegen.
10. Zegen Jehovah „de gehele dag”
11. Met de zegen van alle Mensen.
12. We zullen mensen tot zegen zijn.
13. Hoe maakt Jehovah’s zegen rijk?
14. EEN goed fysiek gezichtsvermogen is een zegen.
15. Maar onze zegen heeft een prijs.
16. Een zegen van de grote hengst.
17. Dank U, en God zegen je.
18. Uit dezelfde mond komt zegen en vloek voort.
19. Hoe het permanente studiefonds mensen tot zegen is
20. Welke zegen wacht de koninklijke priesterschap, ondanks tegenstand?
21. + 10 Uit dezelfde mond komen zegen en vloek.
22. Een godsdienstig thuisleven is ons gezin tot zegen.
23. Als gevolg daarvan genoot Israël Jehovah’s zegen niet.
24. Die zegen wordt een heel persoonlijke schat.
25. Het is een grote zegen voor de jongeren.
26. Zegen deze spijzen, zodat het ons lichaam zegent.
27. O volheid van zegen, de dag der bevrijding
28. Ik vraag hun zegen voor mijn zoon.
29. Uw zegen rust op uw volk” (Ps.
30. 18 „Zegen brengende stortregens zullen er blijken te zijn.
31. Waarom kreeg Jakob een zegen in plaats van Esau?
32. De zegen van Jehovah zou hen rijk maken.
33. Gods wetten zijn volmaakt en ons tot zegen.
34. De rechtvaardige is een zegen voor zijn omgeving.
35. Meer dan dat, ze schenkt u Jehovah’s zegen.
36. Nu zou Israël een voorbeeld van zegen zijn.
37. Toen ze om mijn zegen vroeg, weigerde ik.
38. Wat een zegen zou zij dan zijn misgelopen!
39. Vanaf deze dag zal ik een zegen schenken.”’
40. „Uit dezelfde mond komt zegen en vloek voort.
41. Uit dezelfde mond komt zegen en vloek voort.”
42. * ‘Zijn nakomelingen zouden alle volken der aarde tot zegen zijn.
43. Vanaf die plek heeft hij de slachtoffers de zegen gegeven.
44. Hoe zou het Wetsverbond een zegen voor de Israëlieten zijn?
45. Waarom is de gezagsregeling een zegen voor het huwelijk?
46. Voor beiden was het permanente studiefonds een grote zegen.
47. Tijdens de zegen verdween de onrust in Benji’s buik.
48. Ze stelde voor om Cooper een zegen te geven.
49. Uiteraard kan het hebben van kinderen een zegen zijn.
50. Monson omschreef een patriarchale zegen als een persoonlijke Liahona: