heks in English
heks [hɛks] witch
Sentence patterns related to "heks"
1. Een heks misschien?
2. Gevallen voor die oude heks?
3. Ooit'n heks niet willen doden?
4. Ze is geen heks.
5. Evanora is de echte Slechte Heks.
6. Kus mijn kont, je vuile heks.
7. De heks is de driehoek.
8. Ze zal je vermoorden, heks!
9. Ze is een slechte heks.
10. Wat klets je nou allemaal, ouwe heks?
11. Ahh... ze was net zoals een heks!
12. Je hoort de klok wel luiden, heks...
13. Er is nog een heks onthuld.
14. Heks nummer twee, moet haar een strop geven!
15. Die lelijke heks gaf me een waardeloze betovering.
16. Leid me naar het huisje van de heks.
17. Je bent niet de eerste heks die verdronken wordt.
18. Hoe doe je best doden een heks?
19. Heks nummer een, verdrinkt in een rivier.
20. Heks nummer vier, geseling om de beurt.
21. U weet een heks als je er een ziet!
22. Die kleine heks van jou zou enorm kunnen helpen.
23. Een gemene heks heeft je verbannen uit je sprookjesboek koninkrijk?
24. Ze zeggen dat die Gloria Carlyle een echte heks was.
25. Een kleine, heks achtige Elvis, met een gouden erwten ketting.
26. Altijd grappig te zien een witte heks met een toverstokje.
27. Welkom in de Collectebus, voor de gestrande heks of tovenaar.
28. Je bent te zwak om me hier te houden, smerige heks!
29. Het is dezelfde heks, die jouw vader heeft vermoord.
30. Volgens Sophie, de heks die iedereen hier heeft verraden.
31. Ik bewonder je vastberadenheid, maar alleen ik kan deze drietand beheren, heks.
32. Waarom denk je dat de heks een vloek over ons heeft uitgesproken?
33. Ik lok haar naar buiten, en dan kun je die domme heks spietsen.
34. Je bent beschermd, door de kus van de Heks van het Noorden.
35. Hij is jouw broer niet meer, sinds de heks hem heeft betoverd.
36. Altijd grappig om een blanke heks met een toverstaf te zien.
37. De magie van een heks zit in haar botten totdat ze geconsacreerd is.
38. Maar je moeder, de meest krachtige witte heks, was te sterk voor ons
39. Zij en de Heks kwamen deze kamer binnen en kwamen nooit meer naar buiten.
40. De sleutel tot dat drankje is het hart van een grote witte heks.
41. Toen ik een kind was, een heks maakte me eten zoveel snoep, werd ik ziek.
42. De sleutel tot het drankje is het hart van een Grote Witte Heks
43. Er was een meisje in mijn dorp waarvan vermoed werd dat ze heks was.
44. Werk jij samen met de ouwe boze heks, die mijn arme Giselle naar dit barre oord stuurde?
45. De oude heks had het kind Rapunzel genoemd en haar verborgen in een deurloze toren.
46. Dit is de heks, wanneer meisjes liggen op hun rug, Die persen ze, en leert ze eerst dragen,
47. Hij wist dat een heks zou worden gebracht naar de plaats waar het boek van Salomo was.
48. Als de dorpsoudste sterft door eliminatie van de dorpelingen, de heks of de jager, dan verliezen alle inwoners hun speciale eigenschap.
49. In ruil voor een toverdrank die haar benen geeft, staat zij haar tong en daardoor haar mooie stem af aan de heks.
50. Met het geld dat die heks me betaalt, is dit verdomde huis gekocht, deze tafel, het kleed dat mijn vrouw draagt!