sla in French

sla [sla] laitue

Sentence patterns related to "sla"

1. Sla alarm!

2. Sla hard.

3. Sla alarm.

4. Sla hem af

5. Het is sla.

6. Ik scheur nu de sla.

7. ‘Sla uw pinnen vast’

8. Ik sla mijn vleugels uit.

9. Sla je arm om me heen.

10. Sla de sigaret uit z'n mond.

11. Sla nou niet helemaal door, hè?

12. Spek, sla en tomaten met mayonaise.

13. Sla geen enkel detail over.

14. Die dag was de sla héél zoet.

15. Ontevreden sla ik mijn trots over.

16. Lechuga ( sla ) voelt nu fris aan.

17. Ik sla gewoon een mug plat.

18. Sla meteen alarm als jullie iets vinden.

19. Sla je hem soms met een ploertendoder?

20. Of sla ik de koppen tegen elkaar?

21. ‘Sla onze bijeenkomsten niet over’ (24, 25)

22. Sla mijn lessen* niet in de wind.

23. Nog één keer en ik sla erop.

24. Volgende keer sla ik je kop eraf.

25. Ik eet elke dag sla en ik proef de pH van sla met één decimaal nauwkeurig.

26. Ik sla hem gewoon knock-out.

27. Wie houdt sla in de koelkast?

28. Ga opzij... kijk hoe ik sla

29. Met blote handen sla je weinig.

30. Pak die hamer en sla het slot eraf.

31. Heldere soep, verse sla, kip, alleen de borst.

32. Sla je dus op je dij van verdriet.

33. Pak je knuppel en sla hem eraf.

34. Dat gebeurt, of ik sla haar nogmaals.

35. Ertussen zit sla, tomaat, vlees en zo.

36. Dan sla ik respectvol uw gulle aanbod af.

37. Ik deed een experiment met drie kroppen sla.

38. Sla wordt meestal slap in die groentelade, hè?

39. Ja, ik sla je met mijn pik.

40. Ik pak Jaha's staf en sla je ermee dood.

41. Weet je Ik sla je van de wereld af.

42. Tuurlijk, ik sla graag een dagje over op school.

43. Heb je liever dat ik jou sla, jongen?

44. Toch sla je Gods wet in de wind.

45. Als je't aanraakt, sla ik je sinussen in elkaar.

46. Ze nam wat sla mee in haar servet.

47. Bilzenkruid, schors van mandragora en sap van sla.

48. Loop nog eens langs en ik sla je in elkaar.

49. Ik sla wat over nu, want ik loop wat achter.

50. Ik moet weg voor ik je voor je kop sla.