ongeschonden in French
ongeschonden [ɔŋɤ°əsxɔndən] intact
Sentence patterns related to "ongeschonden"
1. Goed, we moeten bidden dat het kind ongeschonden bij ons terugkomt.
2. Het algemeen ziekenhuis rechts naast de deur kwam er grotendeels ongeschonden uit.
3. Lichamelijk was hij een wrak, maar zijn geloof was ongeschonden.
4. Hij vond het vrijwel ongeschonden koninklijke graf van farao Toetanchamon, dat bijna vijfduizend voorwerpen bevatte.
5. Nu staat ze daar ongeschonden, gebogen maar niet gebroken, en toont een kracht die in tegenspraak is met haar tere verschijning.