gehaast in French

gehaast [xəhast] hâtif àlahâte

Sentence patterns related to "gehaast"

1. Dan hoeft het alsnog niet zo gehaast.

2. Heeft mijn voet zich naar bedrog gehaast?

3. Normaal zijn de artsen in de kliniek wat gehaast.

4. „De mensen zijn altijd gehaast”, vertelt Christian, een volletijdbedienaar.

5. 15 Geen wonder dat die herders zich naar Bethlehem hadden gehaast!

6. Zij hebben zich niet gehaast om de hongersnoden te lenigen die hele volken in minder bevoorrechte landen hebben uitgedund.

7. □ „De voordracht dient niet snel, gehaast en van het begin tot het eind onbegrijpelijk te zijn, maar langzaam en weloverwogen.”

8. Met de woorden van Psalm 119:60, 61 kunnen de overlevenden zeggen: „Ik heb mij gehaast en heb niet getalmd om uw geboden te onderhouden.

9. David prees haar omdat ze zich moedig naar hem toe had gehaast, en hij erkende dat ze hem ervan had weerhouden bloedschuld op zich te laden.

10. Hoeveel beter is het dan de psalmist te imiteren die zei: „Ik heb mij gehaast en heb niet getalmd om uw geboden te onderhouden.” — Psalm 119:60.

11. In de toon van uw stem kan doorklinken of u in uw hum bent, opgewonden of verveeld, gehaast, geïrriteerd, droevig gestemd of bang; en er kunnen zelfs gradaties van dergelijke stemmingen door onthuld worden.

12. In een korte tijd was hij hard aan het werk weer, en de enige geluiden in de kamer het tikken van de klok en de ingetogen shrillness van zijn pen, die gehaast de centrum van de cirkel van het licht zijn lampenkap gooide op zijn tafel.