bezitten in French

bezitten [bəzitən] posséde

Sentence patterns related to "bezitten"

1. Bezitten we een Chinese prinses?

2. ’De zachtmoedigen zullen de aarde bezitten’

3. Blz. 10 Wat zullen de rechtvaardigen bezitten?

4. Waarom zou zo’n mengsel magische eigenschappen bezitten?

5. Wij bezitten de grootste collectie fauna, relikwieën en diersoorten.

6. Mensen gebruiken vaak sloten om waardevolle bezitten veilig te stellen.

7. Barack Obama: ... een enkele standaard voor allen die macht bezitten.

8. In de dood zou alleen jij hem bezitten.

9. Robert: Er staat dat ze de aarde zullen bezitten.

10. (c) Hoe lang zullen de rechtvaardigen het land bezitten?

11. 'Degene die het waardig is, zal de kracht bezitten.'

12. In Zuid- Korea en Indonesië bezitten vrouwen bijna een half miljoen bedrijven.

13. Ieder orgaan schijnt een ingebouwd mechanisme voor groeibeheersing te bezitten.”

14. Op de dag dat varkens overal boederijen bezitten en bestieren.

15. * De ambtsdragers in het priesterschap bezitten sleutels, LV 124:123.

16. Vergeleken bij mensen bezitten veel dieren een verbazend goed gehoor.

17. Ik wil alleen maar de munitie en het verband bezitten.

18. Hoe motiveert geloof degenen die het bezitten, en hoe worden zij gezegend?

19. En zij werden door hun broeders teruggebracht om hun eigen landerijen te bezitten.

20. Mensen die macht bezitten, zijn vaak bang die macht met anderen te delen.

21. Zij die dit gezag bezitten, behoren het in zichzelf te respecteren.

22. De zachtmoedigen daarentegen zullen de aarde bezitten” (Psalm 37:9-11).

23. Je kon 1% van de bevolking de nationale rijkdom laten bezitten.

24. Publieke ambtenaren moeten declareren wat zij bezitten aan eigendommen en schulden.

25. 20 Dan zullen „de zachtmoedigen . . . de aarde bezitten” (Psalm 37:11a).

26. En sekteleden bezitten „grote toewijding voor een persoon, idee, of ding”.

27. Sommige diamanten bezitten „spanning”, ontstaan tijdens hun formatie, en moeten voorzichtig behandeld worden.

28. Gods kijk op het leven te bezitten vormde beslist geen last voor dit gezin!

29. Het bezitten van land geeft personen het recht te wonen en werken in Qatar.

30. In Zuid-Korea en Indonesië bezitten vrouwen bijna een half miljoen bedrijven.

31. En bovendien, als wij de waarheid bezitten, hebben wij niets te vrezen.

32. Natuurlijk moeten we om deze zegeningen te ontvangen de juiste hartentoestand bezitten.

33. Al wat je kan doen, is het leren herkennen en het bezitten.

34. De mogelijkheid om te leren bezitten zowel mensen, dieren als sommige machines.

35. Ze zijn entertainment, ze zijn een vorm van kunst, een trots om te bezitten.

36. Volgens de bijbel bezitten de doden geen bewustzijn en kunnen zij geen pijn voelen.

37. Wij bezitten iets van grote waarde waarvoor wij intens dankbaar dienen te zijn.

38. Hoe lenen de gaven die jongeren bezitten zich voor het loven van God?

39. Zij moeten de bekwaamheid bezitten de Schrift zorgvuldig te onderzoeken (Handelingen 17:11).

40. Joe probeert het bureau te bezitten, en me naar de 15e te sturen.

41. De enige mensen die zulke bestanden bezitten hebben een veiligheidscode van de overheid.

42. Waarvan verzekert Jakobus 1:17 ons, ongeacht de aard van de hoop die wij bezitten?

43. Jehovah is niet als de onvolmaakte mannen en vrouwen die in deze corrupte wereld macht bezitten.

44. 18 Soms voelen mensen die een bepaalde autoriteit bezitten zich bedreigd door hun ondergeschikten.

45. Dat is het belangrijkste -- er goed uit zien, je goed voelen en spullen bezitten.

46. Wat wordt er, behalve het bezitten van de kennis van God, nog meer verlangd?

47. * Wat zag Zeniff door zijn overbegerigheid om het land Nephi te bezitten niet in?

48. Zowel mijn broer als mijn zus als ikzelf, we bezitten ook all drie bedrijven.

49. Wie ze zijn, de politici die ze bezitten en waar het geld vandaan komt.

50. Dan zullen de rechtvaardigen met een aardse hoop het land eeuwig bezitten. — Psalm 37:11, 29.