belasting in French

belasting [bəlɑstiŋ] impôt, taxe

Sentence patterns related to "belasting"

1. Handig voor de belasting.

2. In 2004 was de nettowinst na belasting veel belasting -- 120 miljoen dollar.

3. 'Elektriciteit is ook belasting'.

4. 1 millioen, Belasting vrij.

5. Btw (belasting toegevoegde waarde) is een belasting op geleverde goederen of services.

6. Moet u belasting betalen?

7. Ze heffen een belasting van 180 procent op benzinewagens en geen belasting op wagens zonder emissie.

8. Betaal ik te veel belasting?

9. Minder belasting van de pancreas.

10. 21 Moet u belasting betalen?

11. „Geeft aan allen wat hun toekomt: aan hem die vraagt om de belasting, de belasting.”

12. De belasting ambtenaar toen die tijd.

13. Hij vergat zijn belasting te betalen.

14. Betaalt belasting met munt uit vis

15. Ik heb de belasting niet ingecalculeerd.

16. En ik wil nooit meer belasting betalen.

17. Maar privé- bedrijven helpen juist met belasting.

18. Maar privé-bedrijven helpen juist met belasting.

19. Geeft aan allen wat hun toekomt: aan hem die vraagt om de belasting, de belasting” (Romeinen 13:1, 5-7).

20. Btw (belasting toegevoegde waarde) is een belasting op geleverde goederen of services die wordt betaald aan de Taiwanese belastingdienst.

21. Ik wil geen belasting betalen over die kauwgum.

22. Dus bijvoorbeeld verhoog of verlaag je de belasting?

23. U moet de belasting in uw productprijzen opnemen.

24. De eerste-eeuwse Romeinse belasting zou niet verdwijnen.

25. Belasting betaald met munt uit vis (24-27)

26. De vroege christenen waren vredelievende, eerlijke, belasting betalende burgers

27. Weet je, hoe hoog mijn onroerend goed belasting is?

28. Een Pigouviaanse belasting is een belasting heffen op elke marktactiviteit die negatieve externaliteiten genereert (de kosten die niet zijn opgenomen in de marktprijs).

29. Welke reputatie hebben Jehovah’s Getuigen wat het betalen van belasting betreft?

30. Dat ben je zo weer kwijt aan de belasting, hè?

31. De vraag was: ’Moeten we caesar belasting betalen of niet?’

32. Vrouwen en allen die geen belasting betaalden hadden geen stemrecht.

33. Als mijn generator stuk is, kan ik geen belasting betalen

34. Maar Jezus kon niet zeggen: ’Nee, jullie hoeven geen belasting te betalen.’

35. Belasting over het bruto-inkomen is de belangrijkste inkomstenbron van provinciale overheden.

36. Zijn we geneigd naar manieren te zoeken om belasting te ontduiken?

37. Door die aftrekpost zou Peter aanzienlijk minder belasting hoeven te betalen.

38. ▪ Mensen hebben het nooit leuk gevonden om belasting te betalen.

39. En het bespaart ons ruim een biljoen zonder een cent belasting.

40. Ik heb nooit te hard gereden of te weinig belasting betaald.

41. In Jezus’ tijd was het betalen van belasting een politiek strijdpunt.

42. De Europese Unie heft er de zwaarste belasting ter wereld op.

43. Op deze manier worden uw belasting-id en andere persoonlijke gegevens beschermd.

44. De belasting die gebruikers zien, is dan de som van deze kosten.

45. We houden zelden federale belasting (Verenigde Staten) in op betalingen voor AdMob.

46. De belasting is bedoeld om een ongewenste of inefficiënte marktuitkomst te corrigeren en doet dit door de belasting gelijk te stellen aan de maatschappelijke kosten van de negatieve externaliteiten.

47. Het beleid inzake belasting en infrastructuur maakt van India steeds meer één enkele markt.

48. Betaling aan ontwikkelaar na de verdeling 70/30 en verplichte belasting (25%): 52,5 cent

49. Dus we waren allemaal dronken en de belasting ambtenaar kwam ermee weg.

50. HIJ BETAALT BELASTING MET EEN MUNT UIT DE BEK VAN EEN VIS