genezen in English

genezen [xənezən] cure, heal, remedy recover cure, heal, remedy

Sentence patterns related to "genezen"

1. Genezen?

2. Het moet genezen.

3. Genezen, genezingen

4. Dan zijn ze genezen.

5. Je zult genezen.

6. Het hart zal genezen.

7. [ Help de economie te genezen ]

8. Tien melaatsen genezen (11-19)

9. Gebroken breinen kunnen genezen zoals gebroken botten en gebroken harten worden genezen.

10. KREUPELE VROUW GENEZEN OP DE SABBAT

11. We hadden je net genezen.

12. Wonden en blauwe plekken genezen.

13. De wonden genezen verbazingwekkend snel.

14. Dat valt niet te genezen.

15. Heeft de superlijm je genezen?

16. Hij wist hoe hij melaatsheid kon genezen.

17. Het zal het land helpen genezen.

18. Deze ziekte kun je niet genezen.

19. Hoe kan schorpioenengif je handen genezen?

20. Ik zal jullie afvallige toestand genezen.’

21. Waterzucht op sabbat genezen (1-6)

22. Zwaargewond meisje genezen na priesterschapszegen (59).

23. Vrouw op sabbat genezen (10-17)

24. Die ouders proberen hen te genezen.

25. Een genezer die genezen dient te worden.

26. Dit zijn honderden mensen die genezen zijn.

27. En genezen worden door mama's epi pen?

28. Zieke man genezen bij Bethzatha (1-18)

29. Dan zou die hem wel van zijn melaatsheid genezen.”

30. Maar ze geloofden dat Jezus hun melaatsheid kon genezen.

31. Denk je dat ik je kanker kan genezen, Serena?

32. Deze bossen bieden de remedies die ons genezen.

33. Die zou hem wel van zijn melaatsheid+ genezen.’

34. Alles van stamcelonderzoek tot verkoudheid genezen, Sir.

35. * Zie ook Genezen, genezingen; Handoplegging; Olie; Priesterschap; Zalven

36. Het duurt vier maand, voor je genezen bent.

37. Maar de tong heeft ook de macht om te genezen.

38. Jezus zal alle ziekten genezen en zal de dood tenietdoen.

39. De mensen wilden dat de Heiland hem zou genezen.

40. Nephi zag de Heiland de zieken en bezochten genezen.

41. Hij is van deze verwonding nooit geheel genezen.

42. Eerst moeten we het meten en daarna genezen.

43. We geloven dat transparantie de angst kan genezen.

44. Moet jij eigenlijk geen melaatsen genezen of zoiets?

45. Ik raadpleegde twaalf kruidendokters om genezen te worden.

46. Dankzij jou zijn er een heleboel mensen genezen.

47. De hele wereld genezen met alleen deze 10 vingers?

48. Na drie maanden was het zwerende been helemaal genezen.

49. wil je weten hoe je brandwonden genezen zijn, Nathan?

50. Waarom zoeken naar een manier om kanker te genezen?