debatteren in English
debatteren [debɑterən] beatoff, knockoff, strikeoff
Sentence patterns related to "debatteren"
1. We debatteren altijd.
2. Wanneer mensen over politiek debatteren, kunnen de gemoederen verhit raken en kan het op ruzie uitdraaien.
3. Dat het een averechtse uitwerking zou hebben als wij met hen zouden debatteren over de boeddhistische filosofie.
4. Raadde de apostel hun aan zich in de filosofie en de mystiek te verdiepen om met succes met valse leraren te kunnen debatteren?
5. Tijdens de maaltijden aan de rijk voorziene tafel in huize Walsh kon men de jonge Tyndale dikwijls met de plaatselijke geestelijken horen debatteren.