triest in French
triest [trist] pénible
Sentence patterns related to "triest"
1. Een triest beeld.
2. En het gekke is dat niemand triest kijkt.
3. Mijn eerste boeket zijn afscheidsbloemen, hoe triest
4. Mijn vader zei altijd, een leeg café is een triest café.
5. Bizar, triest, officieel voorbij, en hij heeft een ander geneukt.
6. VINDT u het ook zo triest een kind oorlogje te zien spelen?
7. Ver weg en triest en niet eens van Herots honigdrank geproefd.
8. Je moet je daarom niet omscholen tot een triest koppel hulpverleners.
9. Het was vast triest dat een jongetje z'n geliefde vader zo enorm zag lijden.
10. Het was triest om te zien wat ze van hun leven maakten.
11. Het is toch triest als je baas niet naar je begrafenis komt.
12. Het spijt mij dat jij in een eenzaam, triest figuur bent veranderd, Dagon.
13. Het is een triest schouwspel, Ethan, waarom geven we dat niet gewoon toe?
14. Het zal triest zijn, maar veel efficiënter als hij er niet meer is.
15. Echte depressie is niet triest zijn als er iets in je leven misgaat.
16. Hoewel dit een triest einde is, doet dat niets af aan de grootheid van Jeanne.
17. Wat triest als het met een christen zo gesteld raakt! — 3 Johannes 9, 10.
18. Als je boven de 30 bent, hoort je leven triest, zinloos en hopeloos te zijn.
19. De huwelijksceremonie van ons burgerlijk huwelijk was zowel vreugdevol als triest, want we werden gehuwd met een vervaldatum.
20. Ik probeerde grappen te maken, maar ze had me erg snel door en altijd wanneer ik dat deed, keek ze me aan en zei ze: "Eigenlijk is dat heel triest".