hooi in French

hooi [hoj] foi

Sentence patterns related to "hooi"

Below are sample sentences containing the word "hooi" from the Dutch - French Dictionary. We can refer to these sentence patterns for sentences in case of finding sample sentences with the word "hooi", or refer to the context using the word "hooi" in the Dutch - French Dictionary.

1. En geen gevrij in het hooi.

2. Er is vers hooi in uw schuur.

3. Hardwicke steekt straks het hooi in brand.

4. Dat hooi wordt een beetje duur, niet waar?

5. Neem nooit te veel hooi op je vork, schatje.

6. Mr Quimby, we hebben morgen 200 balen hooi nodig.

7. Je hebt te veel hooi op je vork genomen.

8. Soldij is $ 13 per maand, hun eten, bonen en hooi.

9. Veel bouwsels van hout, hooi of stoppels werden beslist volledig verwoest.

10. Sally doet wat ze kan, maar ze kan geen baal hooi optillen.

11. David riep terug naar zijn vader: ‘Nee, laten we gewoon deze hooi nemen.’

12. Ik denkt dat zij bezorgd is dat je teveel hooi op je vork neemt.

13. Neemt u te veel hooi op uw vork en raakt u vervolgens in paniek?

14. Het zoeken naar de sequentie in het genoom... is zoeken naar hooi in een hooiberg.

15. De geur van hooi herinnerde een kind eraan dat ie bang is voor koeien.

16. Ten tweede, zorg dat u en uw kinderen niet te veel hooi op de vork hebben.

17. Zijn broers dachten daar anders over en begonnen het hooi steeds sneller op de wagen te gooien.

18. Hij meende dat de symptomen veroorzaakt werden door versgemaaid hooi en noemde de kwaal daarom hooikoorts.

19. We installeerden ook douches en wastafels, legden hooi op de betonnen vloer en bedekten dat met tentdoek.

20. Sommigen nemen te veel hooi op hun vork, raken geleidelijk uitgeput en brengen hun eigen gezondheid in gevaar.

21. Om je een eenvoudig voorbeeld te geven van wat we deze klanten voorschotelden: hier is een baal hooi en enkele sierappels.

22. Daarna gingen ze de schuur in en rekenden uit hoeveel ton hooi ze hadden en hoeveel graan ze in de graanschuur hadden.

23. Volgens de eerste-eeuwse geschiedschrijver Josephus was in 70 G.T. de hongersnood in Jeruzalem zo groot dat mensen leer, gras en hooi aten.

24. In die tijd nam ik te veel hooi op mijn vork — pionieren, drie dagen per week in overheidsdienst werken en een kruidenierswinkeltje runnen.

25. 15 Dit brengt ons bij vers 12 van 1 Korinthiërs hoofdstuk 3, waar Paulus verschillende bouwmaterialen bespreekt: „Bouwt iemand nu op het fundament goud, zilver, kostbare stenen, houtsoorten, hooi, stoppels.”

26. Om het probleem te belichten, stelt Paulus twee soorten bouwmaterialen tegenover elkaar: goud, zilver en kostbare stenen aan de ene kant; hout, hooi en stoppels aan de andere kant.

27. Het jaar begon goed: ze hadden hooi over, veel zaad, vier nesten biggetjes; en hun vader had wat geld opzij gezet zodat hij op een dag een hooilader kon kopen — een geweldige machine waar de meeste boeren alleen maar van konden dromen.