Tanzania in French
Tanzania [tɑnzɑnija] Tanzanie
Sentence patterns related to "Tanzania"
1. Hij schijnt gevlucht te zijn naar Tanzania.
2. In Tanzania en Oeganda, vertegenwoordigen zij 90 procent van Coke's omzet.
3. In februari 2001 ging Jolie op haar eerste veldbezoek, een 18-daagse missie naar Sierra Leone en Tanzania.
4. In een woestijnvlakte van Tanzania, in de schaduw van de vulkaan Ol Donyo Lengai vind je een duin van vulkaanas.
5. In Dar es Salaam in Tanzania kon zelfs een verarmde gemeenschap deze hulpprogramma's gebruiken om hun verzuchtingen een stem te geven.
6. Wellicht hebben jullie gehoord dat in Tanzania kinderen met albinisme soms worden beschouwd als ongeschikt om in de maatschappij te leven.
7. Eye Care Foundation heeft kantoren en ziekenhuizen in de regio Himalaya (Nepal), Zuidoost-Azië (Vietnam, Cambodja, Laos) en in Afrika in Tanzania.
8. De meeste Swahili wonen aan de Swahilikust, een gebied dat het eiland Zanzibar en de kusten van Kenia, Tanzania en Noord-Mozambique omvat.