Holland in French

Holland [hɔlɑnt] Hollande

Sentence patterns related to "Holland"

1. Uit Rome gesmokkeld, in Holland op Papyrus gedrukt.

2. Ouderling Holland zei dat er waarschijnlijk meer zendingsgebieden zullen bijkomen.

3. Nou, vertel eens kind, zou jij Holland binnengevallen zijn?

4. Holland heeft gezegd: ‘Als een tv-programma onfatsoenlijk is, zet het uit.

5. Holland vertelde het verhaal van een jongeman die op school het mikpunt van pesterijen was.

6. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen legden de belangrijke rol van de vrouw uit.

7. De hoofdrollen worden vertolkt door Trevante Rhodes, André Holland, Janelle Monáe, Naomie Harris en Mahershala Ali.

8. Dan, op 5 mei 1945, eindigde het beleg zeer plots, toen Holland bevrijd werd door de Geallieerden.

9. De Zuidas is een zakendistrict in ontwikkeling in Amsterdam, in de Nederlandse provincie Noord-Holland.

10. Holland sprak over Ether 3:15–16 en de mogelijke verwarring die deze ervaring veroorzaakt:

11. Holland heeft gezegd: ‘Niets in het leven van Joseph was zwaarder dan die periode van wrede, onwettige en onrechtmatige opsluiting.’

12. Meer dan tweehonderd jaar voordien had Japan de handelsbetrekkingen en culturele banden met alle landen behalve China, Korea en Holland verbroken.

13. Ouderling Holland bezocht ook leden en zendelingen in Japan, Zuid-Korea en Guam, en stelde ze gerust dat de toekomst er rooskleurig uitzag.

14. Fix merkt op dat de collegiantische beweging tussen de jaren 1650 en 1700 „uitgroeide tot een van de belangrijkste en invloedrijkste religieuze krachten in het zeventiende-eeuwse Holland”.

15. De oostkust van Amerika is honderden mijlen lang en de Britten waren laks in het innen, dus was drie kwart van de thee die Amerikanen dronken smokkelwaar, meestal uit Holland.

16. Op 6 augustus 1661 werd een vredesverdrag te Den Haag getekend, waarbij Nieuw-Holland aan de Portugezen werd verkocht voor acht miljoen gulden, het equivalent van 63 ton goud.

17. Later in 1218 deed een Duits leger onder leiding van Olivier van Keulen, waaronder contingenten Hollandse, Vlaamse en Friese soldaten, ten dele onder leiding van graaf Willem I van Holland, mee met de kruistocht.