fundamenteel in English

fundamenteel [fɵndamɛntel] fundamental

Sentence patterns related to "fundamenteel"

1. Hij heeft de denkwijze over smaak fundamenteel gedemocratiseerd.

2. Toch is het een fundamenteel vereiste voor christenen.

3. Dat is een fundamenteel fysiologisch principe.

4. Het verschilt fundamenteel van wat tegenwoordig in de klas gebeurt.

5. Waarom hebben we een fundamenteel begrip van die beginselen nodig?

6. Daarnaast is het van fundamenteel zakelijk belang.

7. * De waarheden erin zijn fundamenteel, onveranderlijk en tijdloos.

8. EMOTIES vormen een fundamenteel bestanddeel van het menselijk leven.

9. Beproevingen, teleurstellingen, droefheid en hartzeer hebben twee fundamenteel verschillende oorzaken.

10. Zal menselijke waardigheid, een fundamenteel recht, ooit een feit worden?

11. Een fundamenteel doel van het leven is persoonlijke groei en ontwikkeling.

12. Eén van de grootste uitdagingen is om fundamenteel te innoveren in educatie.

13. En -- ze gooien ze niet naar elkaar, maar dit is een fundamenteel deel van speelsheid.

14. Vertrouwen in Jehovah is van fundamenteel belang in het omgaan met de situatie van weduwen en wezen.

15. Zoals Eleni zei, als mensen een inkomen krijgen, krijgen ze de keuze. Dat is fundamenteel voor waardigheid.

16. Volgens het Verdrag inzake de Rechten van het Kind is schoolopleiding een fundamenteel recht.

17. De kracht van het moederland, die zo fundamenteel is daar, lijkt wel een geneesmiddel.

18. Maar het zijn tekens van discipelschap die altijd fundamenteel voor de zustershulpvereniging zijn geweest.

19. Zet die empathie en altruïsme om in actie en we tonen een fundamenteel moreel credo.

20. Het is dus niet zo dat wereldlijke rechtbanken fundamenteel verkeerd zijn. — Handelingen 24:10; 25:10, 11.

21. Daarom is het van fundamenteel belang om de geboden te onderhouden teneinde een sterke huwelijksband te krijgen.

22. Ze bevredigt een fundamenteel menselijk verlangen om er presentabel uit te zien en iets nieuws aan te kunnen trekken.

23. Maar wetenschappers erkennen wel een fundamenteel feit: in principe bezitten alle mensen het vermogen om gelukkig te zijn.

24. President Ezra Taft Benson: ‘Het eerste visioen van de profeet Joseph Smith is een fundamenteel stuk theologie voor de kerk.

25. Een fundamenteel verschil tussen de seksen is dat één van de twee de ander met zijn blote handen kan doden.

26. Ze namen een fundamenteel ontmenselijkende ervaring - 30 kinderen met hun vingers op de lippen, die niet met elkaar mochten praten.

27. Niet omdat, zo beargumenteerde hij, de mens fundamenteel bloeddorstig is, of een agressief instinct of territoriale motieven heeft, maar vanwege de logica van anarchie.

28. Ze beweren in Gods naam te spreken, maar de meeste van hun uitspraken zijn niet op de Bijbel gebaseerd, en wat ze zeggen is fundamenteel waardeloos.

29. Hoewel in de Verenigde Staten vrijheid van godsdienst als een fundamenteel recht wordt beschouwd, hebben Jehovah’s Getuigen er in de jaren ’40 talloze aanvallen van het gepeupel moeten verduren

30. Daaronder was ik in feite diep ongelukkig, onzeker en fundamenteel angstig -- bang voor andere mensen, voor de toekomst, voor mislukking en voor de leegte die ik binnenin mij voelde.

31. Het is voor de geestelijke gezondheid van een immigrantengezin van fundamenteel belang te beslissen welke taal het gezin zal gebruiken om „door Jehovah onderwezen” te worden (Jesaja 54:13).

32. Die mogen dan satirisch schijnen, maar ze zijn gewoonlijk gebaseerd op een positief fundamenteel feit — dat de Getuigen bekendstaan om hun vasthoudendheid wat de van-huis-tot-huisprediking betreft. — Handelingen 20:20.