bankbiljet in English
bankbiljet [bɑŋgbiljɛt] bank‐note bank‐note
Sentence patterns related to "bankbiljet"
Below are sample sentences containing the word "bankbiljet" from the Dutch - English Dictionary. We can refer to these sentence patterns for sentences in case of finding sample sentences with the word "bankbiljet", or refer to the context using the word "bankbiljet" in the Dutch - English Dictionary.
1. Natuurlijk had hij het bankbiljet niet.
2. Toch is het papier waarvan het bankbiljet is gemaakt niet meer dan een paar centen waard.
3. Het probleem was echter dat ik alleen een bankbiljet had dat meer waard was dan wat ik hem wilde geven.
4. Hij was naar het politiebureau gebracht omdat hij er valselijk van beschuldigd was een bankbiljet van grote waarde te hebben gestolen van een vrouw die hij ontmoet had.