anticiperen in English
anticiperen [ɑntisiperən] anticipate, thinkahead
Sentence patterns related to "anticiperen"
Below are sample sentences containing the word "anticiperen" from the Dutch - English Dictionary. We can refer to these sentence patterns for sentences in case of finding sample sentences with the word "anticiperen", or refer to the context using the word "anticiperen" in the Dutch - English Dictionary.
1. De belangrijkste factor is erop te anticiperen en van tevoren te bepalen hoe je gaat reageren.
2. Ze anticiperen op morgen, wat het zo erg maakt om een chimpansee op te sluiten, zeker in zijn eentje.
3. Dus als je een bewegingscommando naar beneden stuurt, maak je een kopie en voert het door je neurale simulator om te anticiperen op de sensorische consequenties van je daden.