oh in French
oh [o] ah ah
Sentence patterns related to "oh"
1. Oh, shit!
2. Oh, mijn God!
3. Oh, Mandarijntje.
4. Oh, verdomme.
5. Oh, griezelig.
6. Oh, wacht.
7. Oh, shit.
8. Oh, chef.
9. Oh, mijn hemel.
10. Oh, misschien reisgids?
11. Oh, arme je.
12. Oh, mijn hemel, nee.
13. Oh mijn god!
14. Oh, boy, Sniffer!
15. Oh. Ze is echt donker.
16. Joker: Whoa, whoa, whoa, oh!
17. Oh, het is koud.
18. Oh, zou wou kon.
19. Oh, de tering daarmee!
20. Schoonzus Oh Ha Ni.
21. Oh, vlieg op, belastingman!
22. Oh, hou me tegen, Matthew.
23. Oh, nou heb ik het!
24. Oh, dat is m'n kunstgebit.
25. Oh, dat is een telefoon.
26. Oh nee, die waren superaccuraat.
27. Als laaste, Oh Ha Ni.
28. Dat is Oh Ha Ni, toch?
29. Oh... en ze eten Happy Feet.
30. Oh Ha Ni was echt moeilijk.
31. Dank je, Oh Ki Dong.
32. Oh, de toorn van Photoshop.
33. Wat is er Oh Ha Ni...
34. Je zit voor het blok, Oh.
35. Oh, Ik dacht aan Ray's grap.
36. " Oh nee, ik ben niet getrouwd. "
37. Oh, mijn God, jij arm klein...
38. " Aah, ha, oh, hij ging net over mijn hoofd, oh, ik weet het niet, gewoon zo dichtbij. "
39. Oh, kijk eens wat een uitzicht.
40. (Bal piept) Oh, dat was leuk.
41. Wat denk jij, Oh Ha Ni?
42. Oh, je kansen vergroten zich dus.
43. Oh, Ik heb't in de gaten!
44. „Oh nee, toch niet die religie!
45. Oh, jij gaat er zo knap uitzien.
46. Oh, een rijbewijs -- een perfect geldig rijbewijs.
47. of, "Oh, hoe heet hij ook alweer?"
48. Oh, die moet een abortus laten plegen
49. Oh, ik heb wel een haar gevonden.
50. ♫ "Oh Clonie, ik houd van je."