dier in French

dier [dir] animal animal, bête decelle‐là, decellui‐là, dont

Sentence patterns related to "dier"

1. Een dier.

2. Als dier worden opgegeten.

3. Het verdwaalde dier zal Ik zoeken, het verlaten dier terughalen, het gewonde dier verbinden, het zieke dier sterken.” — Ezechiël 34:15, 16, Willibrordvertaling.

4. Dat is een gevaarlijk dier.

5. Hij is een dier.

6. 'Wat een week, dier.

7. Sinds we een dier hebben gezien?

8. Hier vindt het dier een mijn.

9. Welk dier zou je willen zijn?

10. Maar dit dier plagen ons.

11. Het dier behoort tot het geslacht Obatala.

12. Marcel is'n illegaal exotisch dier.

13. Vrede tussen mens en dier

14. Gaat niet gebeuren, jij grotesk dier.

15. Deze planten zijn giftig voor mens en dier.

16. Hitsig dier zoekt aantrekkelijke, serieuze partner.

17. Een leeuw bespringt een verzwakt dier.

18. Je hebt toch geen dier geofferd?

19. Geen dier zal je iets aandoen.

20. Het dier behoort tot het geslacht Mesasigone.

21. Het dier behoort tot het geslacht Ceratocyba.

22. Het dier behoort tot het geslacht Callitrichia.

23. Het dier behoort tot het geslacht Sidymella.

24. Het dier behoort tot het geslacht Theoa.

25. 13 Als het door een wild dier is verscheurd, moet hij het dode dier meenemen als bewijs.

26. Een wild dier dat in een dierentuin in een kooi wordt opgesloten, is nog altijd een wild dier.

27. Het dier behoort tot het geslacht Procambridgea.

28. Het dier behoort tot het geslacht Chinoscopus.

29. Het dier behoort tot het geslacht Nenilinium.

30. Het dier behoort tot het geslacht Jaluiticola.

31. Het dier behoort tot het geslacht Tapinotorquis.

32. Het dier behoort tot het geslacht Poecilafroneta.

33. Het dier behoort tot het geslacht Crocodilosa.

34. Het dier behoort tot het geslacht Yunohamella.

35. Het dier behoort tot het geslacht Bonapruncinia.

36. Wat is de levenscyclus van dit dier?

37. Vermoedelijk was het dier nog niet volgroeid.

38. Het dier behoort tot het geslacht Chalcolecta.

39. Het dier behoort tot het geslacht Procerocymbium.

40. Het dier behoort tot het geslacht Wanops.

41. Het dier behoort tot het geslacht Pseudocorythalia.

42. Ik kon dit verbazingwekkende dier nauwelijks vasthouden.

43. EEN kwaadaardig wild dier is op roof uit.

44. Maar het meest gevaarlijke dier is de mug.

45. Je moet hem helpen het dier te bevrijden.

46. Het vierkante ding met het eenhoornachtige dier erop.

47. Is het een dier dat knort en gromt?

48. Omstreden is wanneer het dier precies is uitgestorven.

49. 21 “Vervloekt is degene die bij een dier ligt.”

50. Ziekten die van dier op mens kunnen overgaan, worden zoönosen genoemd.