Messias in French

Messias [mɛsijɑs] Messie

Sentence patterns related to "Messias"

1. Die messias was verdwenen.

2. Geslachtsregisters en de identificatie van de Messias

3. De goddelijke zending van Jezus Christus: Messias

4. Toen kwam het moment: de Messias verscheen,

5. Arrogantie weerhield Kajafas ervan de Messias te aanvaarden.

6. Op die dag beeldde de hogepriester de Messias af.

7. 15 De Messias zou azijn en gal aangeboden krijgen.

8. Ik getuig dat Hij de Gezalfde is, de Messias.

9. Hoe Daniëls profetie de komst van de Messias voorzegt

10. 18 De joden beschouwden een stervende Messias als een onbeduidende zwakkeling.

11. Dat zou de Messias zijn, wat „Gezalfde”, door God aangestelde, betekent.

12. Joodse religieuze leiders lieten haar Zoon, de Messias, ter dood brengen.

13. De Bijbel levert bewijzen dat Jezus de beloofde Messias is.

14. Elke dag vertelt hij aan honderden mensen dat de Messias komt.

15. Waarom moest „Messias de Leider” sterven, en wanneer zou dit gebeuren?

16. Ze zagen een overvloed aan bewijzen dat hij inderdaad de Messias was.

17. 'n Geparfumeerde brief aan de Paus had hem de nieuwe Messias gemaakt.

18. 14 Ze zouden het lot werpen over de kleding van de Messias.

19. 9 Na de geboorte van de Messias zouden er kinderen vermoord worden.

20. De Messias zou in het midden van de zeventigste week worden afgesneden.

21. □ Waarom dient men de bewijzen te onderzoeken of Jezus de beloofde Messias was?

22. Petrus zei meteen: ‘U bent de Messias, de Zoon van de levende God.’

23. Hij beweert dat hij de Messias is de beloofde koning van de Joden.

24. Wat was het gevolg toen het natuurlijke Israël weigerde de Messias te aanvaarden?

25. Ze hadden Jezus, de Zoon van God, als Messias afgewezen (Handelingen 2:36).

26. 17 De Messias zou doorstoken worden, maar ze zouden zijn beenderen niet breken.

27. Zoals u daar kunt lezen, zou de Messias door zijn landgenoten veracht worden.

28. Elk van Jezus’ vele wonderen verschafte een verder bewijs dat hij de Messias was

29. Elia voorschaduwde Johannes de Doper, een voorloper van de Messias (Mattheüs 17:11-13).

30. De Messias is gekomen om de mensheid van de val van Adam te verlossen.3Alles in het evangelie van Jezus Christus wijst op het zoenoffer van de Messias, de Zoon van God.4

31. Maar deze gebeurtenis werd met een bepaald doel aangekondigd — de identificatie van de Messias.

32. Het volk Israël keek al eeuwenlang naar de komst van de Messias uit.

33. Johannes wil misschien gewoon van Jezus zelf horen dat hij de Messias is.

34. De Messias is gekomen om de mensheid van de val van Adam te verlossen.3 Alles in het evangelie van Jezus Christus wijst op het zoenoffer van de Messias, de Zoon van God.4

35. Sommige verlangden naar een Messias die hen van het gehate juk van Rome zou bevrijden.

36. 6 De verrader van de Messias zou dertig zilverstukken krijgen: de prijs van een slaaf!

37. De joden verlangen vurig naar een messias die hen van het Romeinse juk kan bevrijden.

38. In de tijd dat Jezus werd geboren, verwachtten veel Joden dat de Messias zou verschijnen.

39. Jesaja schreef dat de Messias onze ‘ziekte’ en onze ‘smarten’ zou dragen (Jesaja 53:3).

40. Hij was de grote Jehova van het Oude Testament, de Messias van het Nieuwe Testament.

41. Ook Nephi zag een visioen over de toekomende geboorte en bediening van de Messias.

42. De Griekse filosofen beschouwden zo’n Messias als dwaasheid en dreven er de spot mee.

43. De vreemdeling begon te vertellen welke dingen in de Geschriften op de Messias van toepassing waren.

44. Hij is de Jehova van het Oude Testament en de Messias van het Nieuwe Testament.

45. Daniël zei ook dat het Koninkrijk van de Messias uiteindelijk alle andere regeringen zou vervangen.

46. 18. (a) Hoe blijkt uit Jesaja hoofdstuk 53 dat de Messias moest lijden en sterven?

47. Zij verloren het voornaamste doel van de Wet uit het oog en verwierpen de enige ware Messias.

48. Meer dan vijfhonderd jaar van tevoren voorspelde de Bijbel precies het jaar waarin de Messias zou komen.

49. Omdat Jehovah’s volk was afgedreven van zijn geboden en de Messias had verworpen (Johannes 1:11; 3:19, 20).

50. In welk opzicht is de mond van de Messias als een scherp zwaard, en hoe wordt hij verborgen of weggestoken?