bisschop in English

bisschop [bisxɔp] bishop

Sentence patterns related to "bisschop"

Below are sample sentences containing the word "bisschop" from the Dutch - English Dictionary. We can refer to these sentence patterns for sentences in case of finding sample sentences with the word "bisschop", or refer to the context using the word "bisschop" in the Dutch - English Dictionary.

1. Wees gerust, bisschop.

2. Dank je wel, bisschop heahmund.

3. De bisschop [...] ging plechtig verder:

4. Les 11: De bisschop waarderen

5. Weet de bisschop van je honinghandel?

6. Dus... Bisschop Swithern was een noodzakelijk offer.

7. De bisschop zei: ‘We hielden Alex bezig.

8. Zoals ik zei, het rijtuig van de bisschop.

9. Bisschop Gérald Jean Caussé, de vijftiende presiderende bisschop van de kerk, is in 1963 in Bordeaux (Frankrijk) geboren.

10. Bisschop Aringarosa is goed voor me geweest.

11. 75 jaar geleden presideerde bisschop William F.

12. De bisschop zelf zou later algemeen autoriteit worden.

13. Ik schreef mijn bisschop en vroeg om een aanbeveling.

14. Maar de bisschop was er niet gelukkig mee.

15. De gewone bedienaar van het vormsel is de bisschop.

16. De certificaten worden uitgereikt onder leiding van de bisschop.

17. Er zal een wijk komen met een zorgzame bisschop.

18. Ik sprak met mijn bisschop en uitte mijn twijfels.

19. Uiteindelijk stort hij uitgeput voor de deur van de bisschop neer.

20. Eyring gezegend door samen met de bisschop hulpbehoevende leden te bezoeken.

21. Een bisschop helpt een man zich van oneerlijkheid te bekeren (27).

22. Whitney was de bisschop in Kirtland (Ohio) en werd later geroepen als presiderende bisschop van de kerk (LV 72:1–8; 104; 117).

23. De bisschop liep nerveus heen en weer in het middenpad.

24. „Doodt de Duitsers — doodt hen”, zei de bisschop van Londen.

25. Hij verraste de bisschop vervolgens door hem op te bellen.

26. Haar uitvaartdienst was de eerste die hij als bisschop presideerde.

27. Een echtpaar dat ernstige huwelijksproblemen heeft, moet met hun bisschop praten.

28. David reed met de hooiwagen naar het voorraadhuis van de bisschop.

29. We moeten'n beroep op de bisschop doen om'm te laten excommuniceren.

30. Op 1 oktober 2002 werd Müller benoemd tot bisschop van Regensburg.

31. Opeens hoorde ik mijzelf huilen en zeggen: ‘Bisschop, bent u dat?

32. Moet de bisschop niet weten... dat een monnik hier honing verkoopt?

33. Een bisschop in de staat Washington heeft die raad gebedvol opgevolgd.

34. Hij is bisschop, hogeraadslid, ringpresident, gebiedsbestuurder public affairs en gebiedszeventiger geweest.

35. * Voor een aanbeveling hebt u een gesprek met uw bisschop of gemeentepresident.

36. Op 24 juni 2008 werd hij benoemd tot bisschop van Santa Rosa.

37. Het vierde waardevolle beginsel voor kerkelijke welzijnszorg heb ik als bisschop geleerd.

38. * De bisschop is president van de Aäronische priesterschap, LV 107:87–88.

39. Bezoek lds.org/go/101738 voor meer foto’s van bisschop Dodaj en zijn familie.

40. In april 1537 wisten de Deens-Noorse reformanten de bisschop te verdrijven, waarna de bisschop in ballingschap leefde in Lier in de Nederlanden tot zijn dood op 7 februari 1538.

41. * De bisschop is aangewezen om rechter in Israël te zijn, LV 107:72.

42. Dit proces werd in de negende eeuw door Hincmar, bisschop van Reims, voortgezet.

43. Hij is bisschop, raadgever in het ringpresidium, hogeraadslid en raadgever in het zendingspresidium geweest.

44. Wixom, algemeen jeugdwerkpresidente (p. 93), bisschop Gérald Caussé (p. 98), en ouderling Kevin W.

45. Zoals zowel bisschop Burton, zuster Allred en anderen al hebben gezegd, heeft de bisschop van de wijk de verantwoording van de zorg voor mensen in nood binnen de grenzen van zijn wijk.

46. Toen er een kerkgebouw werd gebouwd, stonden bisschop Perschon en de Aäronische priesterschap klaar.

47. Ik stond naast de bisschop van de wijk toen het gezin de kerk binnenkwam.

48. Hij nam mijn hand in de zijne en vroeg: ‘Bisschop Monson, kent u me nog?’

49. * De bisschop, een gewone rechter, moet tot deze bediening worden aangesteld, LV 107:17, 74.

50. * Een hogepriester mag het ambt van bisschop bekleden, LV 68:14, 19 (LV 107:17).