betrachten in English

betrachten [bətrɑxtən] exert, practice

Sentence patterns related to "betrachten"

1. In sommige talen kan „temperen” de betekenis hebben van matigen of terughoudendheid betrachten.

2. En nu, moge Jehovah liefderijke goedheid en trouw jegens u betrachten” (2 Samuël 2:5, 6).

3. Wij moeten onderscheidingsvermogen gebruiken en voorzichtigheid betrachten wanneer wij een zakelijke onderneming op touw zetten.

4. De psalmist verklaarde: „Gelukkig zijn zij die gerechtigheid in acht nemen, die te allen tijde rechtvaardigheid betrachten.” — Psalm 106:3.

5. Laten wij, gewaarschuwd door hun slechte voorbeeld, voortdurende waakzaamheid betrachten, zodat zulke dingen ons geloof niet verwoesten. — Romeinen 7:18-20.

6. Wij dienen echter voorzichtigheid te betrachten met betrekking tot privé-bandopnamen die circuleren en die wellicht van soortgelijke aard lijken te zijn.

7. Werkgevers, of „meesters”, moeten daarentegen ’blijven betrachten wat rechtvaardig en wat billijk is’ jegens hun werknemers. — Kolossenzen 3:22-24; 4:1; vergelijk 1 Petrus 2:18-20.

8. 11 Wanneer leden van christelijke gemeenschappen lankmoedigheid betrachten, draagt dit bij tot de vrede en het geluk van die gemeenschappen, of het nu gaat om gemeenten, Bethelhuizen, zendelingenhuizen, bouwploegen of scholen.

9. Nauw verbonden met de behoefte aan gerechtigheid is ’s mensen zoeken naar geluk, want Psalm 106:3 verklaart: „Gelukkig zijn zij die gerechtigheid in acht nemen, die te allen tijde rechtvaardigheid betrachten.”

10. Zelfs als we te maken krijgen met kwaad bedoelde kritiek van mensen die weinig achting of liefde voor ons hebben, kan het nuttig zijn om voldoende zachtmoedigheid te betrachten om alles af te wegen en datgene eruit te halen waar wij baat bij kunnen hebben.